Nieuwe Pup in huis

Op deze internetsite kunt u informatie vinden over:

- Het ontwormen zie: 'Het belang van regelmatig ontwormen'

  • Spoelwormen verminderen de weerstand van uw pup tegen infecties.

  • Pups ontwormen vanaf 2 weken leeftijd en daarna op 5, 8, 12, 20, 28 en 34 weken.

  • Vraag waar u de pup vandaan haalt, wanneer en met welk wormmiddel uw pup reeds behandeld is.

  • Het middel moet vooral werkzaam zijn tegen spoelwormen.

  • Nieuwe wormmiddelen zijn de eerste jaren alleen bij de dierenarts verkrijgbaar.

  • Wormmiddelen van de dierenarts hoeven niet duurder te zijn dan die van de dierenwinkel.

- Het bestrijden van de vlooien zie: 'Die irritante vlooien'

  • Als u in de vacht van de pup zwarte korreltjes (= vlooienpoep) vindt, dan heeft deze vlooien.

  • Behalve jeuk, kan een zware infectiedruk met vlooien bij jonge dieren bloedarmoede veroorzaken.

  • Frontline® spray mag al bij pups van een dag oud worden gebruikt.

- De inentingen zie: 'Kritisch vaccineren van de hond'

- De voortplanting bij de reu zie: 'Geboortenbeperking bij de reu'

- De loopsheid / preventie zie: 'Geboortenbeperking bij de teef'

Enige tips voor de eerste weken met uw nieuwe huisgenoot:

Laat de pup de eerste dagen rustig wennen aan het nieuwe huis, de tuin en alle bewoners. Sleep hem niet direct overal mee naar toe. Nodig niet meteen belangstellenden uit om de nieuwe aanwinst te bekijken. Het brengt de pup in verwarring. Bij wie hoort hij nu?

Zet het mandje van de pup in een rustig hoekje van de woonkamer of keuken. Het beste is een bench ofwel kennel te gebruiken waar de hond in slaapt.
Het lijkt zielig om een pup op te sluiten in een kooi, maar dat is het niet. Als u de kennel aantrekkelijk maakt door bijvoorbeeld een kauwkluif in te leggen, zal de pup snel wennen aan z'n nieuwe 'nest'. Zo heeft de pup een plaats waar hij ongestoord kan slapen en hoeft u zich niet druk  te maken over eventuele vernielingen in huis door de pup.
De pup dient ten allen tijden ongestoord te kunnen slapen en eten.
De eerste nachten zal de pup zijn moeder en zijn nestgenoten missen. Misschien kan uw fokker een dekentje aan u meegeven, waaraan de geur van zijn moeder en de andere pups zit.
Vaak werkt het kalmerend, wanneer u een kruik en een wekker in een deken wikkelt en in zijn mand legt.

Geef de pup, zeker de eerste dagen, hetzelfde merk hondenvoer als waar hij aan gewend is.
Vraag waar u de pup vandaan heeft, naar zijn voedingsgewoonten.
Een bakje vers fris drinkwater moet altijd klaar staan.
De pup tot de leeftijd van 3 maanden ongeveer 4 maal daags kleine porties voeren. Deze hoort het voer graag op te eten.
Als de pup zijn behoefte doet, kijk dan hoe zijn ontlasting er uitziet. Het hoort een droge, goed gevormde drol zonder slijm te zijn.

Regelmaat is heel belangrijk voor een hond. Laat de pup op vaste tijden eten, drinken, spelen, buiten wandelen en slapen.

Dagelijkse beweging hebben alle honden nodig. Hoeveel beweging een hond nodig heeft, is afhankelijk van de grootte van de pup en van het ras. U kunt pas met hem gaan wandelen, nadat hij alle noodzakelijke inentingen heeft gehad.
Een vuistregel voor de duur van een wandeling: 5 minuten per levensmaand. Dus met een pup van 8 weken mag u 10 minuten achter elkaar wandelen.
Beter is viermaal kort te gaan wandelen dan eenmaal een lange wandeling te maken. Teveel langdurige beweging kan een oorzaak zijn dat spieren en pezen overbelast raken.
Zolang de pup nog in de groei is, wordt aangeraden de pup geen trappen te laten lopen en vooral niet van, uit of over iets te laten springen. Dat betekent dat kleine honden een minimum leeftijd van 12 maanden moeten hebben en dat grote honden zeker niet jonger mogen zijn dan 24 maanden. Pas op deze leeftijd is het spierstelsel van de hond voldoende ontwikkeld en het verkalkingsproces van het skelet bijna voltooid.

Denk eraan, steeds liefdevol, voorzichtig en geduldig met uw pup om te gaan. Ga niet op hem schelden en ook niet tegen hem schreeuwen, als hij misschien iets kapot gemaakt heeft of een plas in de kamer heeft gedaan. Hij is nog onzeker en kan anders bang van u worden en van angst eventueel in huis gaan plassen. De beginfase dient een vrolijke tijd te zijn waarbij hij leert u te vertrouwen.
Zowel u als de pup zullen meer tevreden zijn, wanneer hij goed wordt opgevoed. Het maak niet uit of het de zoveelste hond is die u opvoedt, toch raden wij aan naar een jonge hondencursus te gaan. Desnoods neemt u alleen een tien lessenkaart. Het is goed voor de socialisatie van de hond met andere honden en een toeschouwer met kennis van zaken (= een hondentrainer/ster) kan u vaak op kleine dingen wijzen.

Indien u jonge kinderen heeft, maak hen dan duidelijk, dat pups geen speelgoed zijn. Leer kinderen voorzichtig met de pup om te gaan en niet te slaan, op te tillen of mee de kamer door te sleuren. Als de pup slaapt moeten ze hem met rust laten en geen harde muziek opzetten. Ook is het beter als de pup niet door jonge kinderen wordt gevoerd en alleen in het bijzijn van een oudere een traktatie van hen krijgt. Leer ze een traktatie te geven op een platte hand en deze hand stil te houden.
Tot slot uit veiligheidsoogpunt (voor zowel het jonge kind als de hond):
Laat een jong kind en een hond (van welke leeftijd dan ook) nooit samen alleen.






De pup kan zindelijk worden gemaakt door:

  • De pup overdag om de 2 á 3 uur  en 's nachts om de 4 uur uit te laten,
    in ieder geval na het eten en zodra hij wakker wordt.

  • De pup goed in de gaten te houden. Zodra u in huis ziet dat de pup begint rond te draaien of een bepaalde houding aanneemt, til hem dan op (= plasrem) en breng hem naar buiten.
    De pup eventueel in z'n bench zetten als u hem alleen laat, want een pup zal z'n slaapplaats niet graag bevuilen.

  • Ga in het begin buiten steeds naar hetzelfde plekje waar hij de vorige keer iets heeft gedaan, zodat hij de geur herkent.

  • Als de pup zijn behoeft doet daar waar u het wilt, beloon hem dan uitgebreid met uw stem en door hem te aaien en iets lekkers te geven wat hij anders niet krijgt.
    Straffen voor onzindelijkheid heeft geen zin en kan hem eerder bang maken.

Hoe kleiner het hondenras, hoe langer het kan duren voordat de pup zindelijk is. Een Duitse Herder is meestal binnen een week zindelijk, maar toch zal u in de eerste weken perioden tussen het uitlaten maar langzaam kunnen verlengen.