De bekendste hartworm bij de hond is de Dirofilaria immitis. Bij de kat komt besmetting met deze hartworm maar zelden voor.

Deze hartworm is een bloedparasiet, die vooral door besmette bloedzuigende muggen (Culex, Aedes en Anopheles) wordt overgebracht. Deze muggen komen alleen voor in vochtige warme (minimaal 15ºC) gebieden, zoals de landen in en rond het Middellandse Zeegebied en het Caribische gebied.

De volwassen wormen nestelen zich in het hart en de grote bloedvaten, die van het hart naar de longen lopen. Ze vormen een grote bedreiging voor de bloedsomloop en kunnen hartfalen veroorzaken. Daarnaast is het moeilijk om deze wormen te verwijderen. Daarom is het beter de larven van de hartworm in de hond of kat te doden voor ze een kans krijgen zich tot volwassen wormen in het hart te ontwikkelen.

Een andere hartworm, die vooral in Ierland, zuidoost Engeland, zuidwest Frankrijk (m.n. in en rondom Toulouse) en Denemarken bij de hond gevonden kan worden, is de Angiostrongylus vasorum ofwel de Franse hartworm.

De hond kan zich infecteren met deze Franse hartworm door het opeten van een besmet naaktslakje, kikker of pad.

Ook deze volwassen wormen nestelen zich voornamelijk in de rechter hartkamer en de longarteriën. Soms komen ze terecht in het centraal zenuwstelsel of het oog.

In Nederland kunnen tot op heden de honden en katten niet besmet raken met hartworm. Maar als u uw hond op vakantie meeneemt naar landen waar de hartwormen voorkomen, neem dan contact op met uw dierenarts.