De Azawakh
Herkomst
Een unieke, kortharige windhond die tot 1970 binnen Europa niet bekend was. De Azawakh is een Sloughi-achtige hond die door de Toearegs op de vlakten van Nigeria en Mali verfijnd is tot een uitstekende gazellenjager. Pas met de prooi in zicht werd de hond uit het zadel getild. Met sprinten kan hij een snelheid van 64 km/u halen.
Algemeen voorkomen
Een uiterst sierlijke verschijning die hoog op de benen staat, met tamelijk kleine voeten. Het skelet en de bespiering zijn goed zichtbaar onder de droge, fijne huid.
Schofthoogte
reuen 64 – 74 cm; teven 60 – 70 cm
Gewicht
reuen 20 – 25 kg; teven 15 – 20 kg
Vacht
De vacht is kort en fijn. Kleuren: fauve van licht zandkleurig tot donker met witte aftekeningen aan de benen, borst en staartpunt; al dan niet met een zwart masker.
Gebruik
Zichtjager op groot en klein wild.
Gezondheid
Er zijn geen rasspecifieke gezondheidsproblemen bekend.
Aard
Temperamentvol, levendig, attent, waaks, trots en zelfverzekerd. Gericht op zijn eigen mensen, maar met een sterk gevoel voor hiërarchie: hij heeft een krachtige leiding in een fluwelen handschoen nodig. Aanhankelijk, bekoorlijk en zachtaardig voor wie hij accepteert; voor vreemden terughoudend, soms moeilijk te benaderen. Intelligent, zeer gevoelig, fijnbesnaard; wordt wel eens vergeleken met de Arabische Volbloed onder de paarden.
Bijzonderheden
Af en toe verzorgen met een zachte borstel.
bron RvB
Over de Azawakh
Algemeen
Met zijn verschijning in de zeventiger jaren op de tentoonstellingen heeft de Azawakh de windhondenwereld met een tot dan toe niet bekende variant van de oosterse windhonden verrijkt. Het is een oud en tot voor enkele tientallen jaren terug in het land van herkomst op topniveau gefokt ras, dat door importen in Frankrijk en iets later in het toenmalige Joegoslavie in Europa en dan vooral in Duitsland (er zijn in Duitsland ongeveer 200 exemplaren van dit ras) een nieuw tehuis gevonden heeft. In Nederland bevonden zich in 1990 slechts minder dan 10 Azawakhs.
Naamgeving
De toenmalige fokkers van de Sloughi en dan vooral de Franse, kwamen in het geweer tegen de nieuwe importen. Zij verkondigden dat dit geen Sloughi's waren en ze hadden vooral heftige kritiek op de witte aftekeningen, die volgens hen niet typisch waren. Een en ander resulteerde in een afsplitsing van de "nieuwe" honden tot een eigen, afzonderlijk ras op het Kynologisch Wereldcongres te Verona, Italie in 1980. Sedert dat ogenblik staat het ras bekend als Azawakh (soms Sloughi-Azawakh, voorheen ook Touareg Sloughi). Het andere ras, dat al sedert het begin van de twintigste eeuw in Europa bekend was, werd en wordt nog steeds Sloughi genoemd. De twee rassen worden voldoende verschillend geacht om voor verschillende kampioenschaps- en Beste-van-het-Ras-titels te strijden op tentoonstellingen.
Oorsprong
Het oorspronkelijke thuisland van de Azawakh zijn de eindeloze steppen en de halfwoestijn van de zuidelijke Sahara en de Sahel-zone. Geografisch omvat het verspreidingsgebeide de Sahel regio van de landen Mali, Niger en Tschaad. In het grensgebied van beide staten ligt het Azawakh-dal, een meer dan 1000 km lang en tot 40 km breed uitgedroogd rivierdal. Hieraan heeft het ras in Europa zijn naam te danken. In dit dal leven de traditionele bezitters, de reizende nomaden van Berber-afstamming, die in Europa bekend zijn onder de Arabische aanduiding "Touareg". De in blauwe gewaden gekleed gaande Touareg zijn het woestijnvolk bij uitstek en zij heersten over de centrale Sahara vanaf de middeleeuwen tot halverwege de vorige eeuw. De zuidelijke Touareg-stammen zijn bekend om hun hoogstaande fok van runderen, paarden en kamelen en vormden met hun diepgaand gevoel voor de natuur en het individu ook dit edele windhondenras, dan uitstekend op de bruikbaarheid in het ruwe, bijna mens-onvriendelijke klimaat afgestemd is. De culturele en geografische isolatie van de Touareg heeft de schoonheid en de oorspronkelijkheid van het ras voor ons bewaard. De droogte van de laatste tientallen jaren in de Sahel-zone, het onophoudelijke opdringen van de woestijn en de grote politieke, culturele en economische ontwikkelingen in de nog jonge Sahel-landen hebben tot een zeer ernstige bedreiging van het hondenbestand geleid. In zekere zin zijn op het laatste ogenblik zeer edele en typische exemplaren van dit oude windhondenras naar Europa gebracht en kon men met nakomelingen hiervan het voortbestaan van dit schitterende ras verzekeren.
Uiterlijk
De Azawakh is een elegante, slanke, middelgrote, kortharige windhond met een lang, droog fijngevormd hoofd met matige stop, zachtmoedige, amandelvormige ogen en een hangend oor. Het trots gedragen hoofd, de lange slanke hals, de fjingebouwde ledematen en de diepe borst bij de opgetrokken smalle korte lendenen benadrukken voor alles elegantie en rastypische verschijning. De huid is dun en zacht, de vacht is dicht, kort en zacht. De vachtkleur varieert van licht zandkleur via alle schakeringen van roodzandkleurig tot donker bruin (ook de gestroomde variant komt voor: kijk naar onder andere Elkez, HV). Karakteristiek zijn de witte aftekeningen vooral aan de voeten (witte sokken, HV), maar ook op de borst, het hoofd en de staart. Deze vereiste aftekeningen kunnen in grootte sterk varieren. Het gangwerk is dansend.
Karakter
De Azawakh is een trotse, zelfverzekerde, zelfstandige hond, die eenzelfde karakter toont als de mensen van het volk waar hij, lang voordat de honden naar Europa kwamen, mee samenleefde. De trots en zelfstandigheid kunnen makkelijk begrepen worden als men bedenkt, dat de Touareg nooit meer dan een of twee dieren gelijktijdig hadden, welke als jagers, maar ook als waakhond een functie vervulden. Ook aan het temperament van de Azawakh moeten aantal woorden gewijd worden. Als er ooit een ras is geweest, dat niet voor een ieder geschikt is, is het de Azawakh. Het zjin fijnbesnaarde, zeer gevoelige, intelligente dieren, vergelijkbaar met een Arabisch volbloedpaard. Een Azawakh heeft een bijzonder nauwe band met zijn eigenaar, zonder enige vorm van onderdanigheid. Ze zijn ongeloofljik snel in hun reactie en vergeten niet gauw iets. Een Azawakh heeft een sterk ontwikkeld gevoel voor hierarchische verhoudingen, maar kan snel en heftig uitvallen. De grens tussen spelen en vechten is soms bijzonder smal, vooral als de hierarchie nog niet beslist is; wat begint als een onschuldig spelletje kan om een geringe reden plots omslaan in een serieus gevecht. Voor hun eigenaar en de familie is een Azawakh erg lief en bekoorlijk. Ook aanhankelijkheid en een grote mate van "eager to please" is een Azawakh niet vreemd. Het is echter van zeer groot belang, dat de eigenaar duidelijk laat zien wie de baas is. Consequentie en liefde zijn hierbij de sleutels; een ijzeren vuist in een fluwelen handschoen is noodzakelijk. Strenge behandeling en africhting zijn uit den boze en hebben veelal een averechts effect. De Azawakh erkent de mens als zijn superieur, mits deze zich superieur maar niet tiranniek opstelt. Vrienden en kennissen worden geaccepteerd zodra ze bekend zijn, voor die tijd wordt de kat duidelijk uit de boom gekeken. De hond moet als een volwaardige huisgenoot behandeld worden en is absoluut ongeschikt als kennelhond.
Beweging
Ondanks zijn fijngebouwdheid is de Azawakh zeer robuust en absoluut niet kleinzerig. Hij bezit een enorm uithoudingsvermogen en een zeer soepel gangwerk. Met zijn temperament moet de Azawakh zijn energie regelmatig kwijt kunnen. Eenmaal per dag moet een Azawakh zich, liefst in alle vrijheid, kunnen uitleven. Naast de gewone wandelingen moet hij zich los van iedere lijn of band kunnen bewegen, rennen en spelen.
Wie bereid is het eigenzinnige karakter van de Azawakh te accepteren en hem aan zijn eigen leven te laten deelnemen, die heeft in hem een liefdevolle en trouwe vriend gevonden.
bron NVOW
Azawakh Standard 1994:
UTILIZATION
Sight hunting. The nomads considered the dog equally as a "show piece" and as a companion. BRIEF HISTORICAL SUMMARY
It is an African sighthound of afro-asian type which appeared in Europe towards 1970 and comes from the Nigerian middle basin, among others from the valley of the Azawakh. For hundreds of years he has been the companion of the nomads of the South-Sahara. GENERAL APPEARANCE
Particularly leggy and elegant, the Azawakh sighthound gives a general impression of great fineness. His bone structure and musculature is transparent beneath fine and lean tissues (skin). This sighthound presents itself as a rangy dog whose body fits into a rectangle with its longer sides in vertical position. IMPORTANT PROPORTIONS
- Length of body/height at the withers = 9 : 10. This ratio may be slightly superior in the bitches.
- Height of chest/height at the withers = about 4 : 10.
- Length of muzzle/length of head = 1 : 2.
- Width of skull/length of head = 4 : 10. BEHAVIOUR AND TEMPERAMENT
Quick,attentive, distant, reserved with strangers and may even be savage, but he can be gentle and affectionate with those he is willing to accept. HEAD
Long, fine, lean and chiselled, rather narrow, without excess. CRANIAL REGION
- The skull is almost flat, rather elongated. The width of the skull must definitely be inferior to half the length of the head. The directions of the axes of the skull and the muzzle are often slightly divergent towards the front. The superciliary arches and the frontal furrow are slightly marked. On the other hand, the occipital crest is clearly protruding and the occipital protuberance marked.
- Stop : Very slightly marked. FACIAL REGION -Nose: Nostrils well opened. The nose is either black or brown.
-Muzzle: Long, straight, fine towards the front without exaggeration.
-Jaws: Long and strong.
-Cheeks: Flat.
-Teeth: Scissor bite.
-Eyes: Almond shaped, quite large. Their colour is dark or amber. Eyelids pigmented.
-Ears: Set quite high. They are fine, always drooping and flat, quite wide at the base, close to the skull, never a "rose ear". Their shape is that of a triangle with a slightly rounded tip. Their base raises when the hound is attentive. NECK
Good reach of neck which is long, fine and muscular, slightly arched. The skin is fine and does not form a dewlap. BODY
-Topline : Nearly straight, horizontal or rising towards the hips.
-Withers : Quite prominent.
-Loin : Short, lean and often slightly arched.
-Hipbones : Distincly protrunding and always placed at an equal or superior height to the height of the withers.
-Croup : Oblique without accentuated slant.
-Forechest : Not very wide.
-Chest : Well developed in length, deep but without reaching elbow level. It is not very wide but must have enough space for the heart, so, the sternal region of the chest must not abruptly become narrow.
-Ribs : Long, visible, slightly and evenly curved down to the sternum.
-Underline : The sternal arch is accentuated and joined without abruptness to the belly which tucked up very high below the lumbar arch.
-Tail : Set low, long, thin, lean and tapered. Is covered with the same type of hair as that of the body and has a white brush at its extremity. Is carried hanging with the tip slightly raised, but when the dog is excited, it can be carried above the horizontal. QUARTERS
FOREQUARTERS Seen as a whole : Long, fine, almost entirely vertical; set perfectly well-set.
Shoulders : Long, lean and muscular and only slightly slanting seen in profile.
The scapulo-humeral angle is very open (about 130o).
Feet : Rounded shape, with fine and thighly closed toes; the pads are pigmented. HINDQUARTERS
Seen as a whole : Long and lean; legs perfectly vertical.
Thighs : Long with prominent and lean muscles. The coxo-femoral angle is very open (about 130o).
Stifle : The femoro-tibial angle is very open (about 145o).
Hock : Hockjoint and hock are straight and lean, without dewclaws.
Feet : Round shaped - Pads are pigmented. GAIT/MOVEMENT
Always very supple (lissom) and with particularly high action at the trot and the walk. The galop is bouncy. The Azawakh gives a great impression of lightness, even elasticity. The movement is an essential point of the breed. SKIN
Fine, tight over the whole of the body. HAIR
Short, fine, down to none on the belly. COLOUR
Fawn with flecking limited to the extremities. All shades are admitted from light sable to dark fawn. The head may or may not have a black mask and the blaze is very inconsistent. The coat has a white bib and a white brush at the tip of the tail.
Each of the four limbs must have compulsorily a white "stocking", at least in shape of a trace on the feet. font-family:Verdana'>The black brindling is admitted. HEIGHT AT THE WITHERS
Dogs : between 64 and 74 cm
Bitches : between 60 and 70 cm WEIGHT
Dogs : about 20 - 25 kg
Bitches : about 15 - 20 kg FAULTS
Any departure from the foregoing should be considered a fault and the seriousness of which shall be penalised in exact proportion to its degree.
- General appearance : heavy.
- Body too long.
- Skull too wide.
- Accentuated Stop.
- Hipbones placed distincly lower than the withers.
- Distinct depigmentation of the nose. ELIMINATING FAULTS
- Lack of type (in particular when showing a recent crossing with another breed).
- Size out by more than 3 cm from the standard measures.
- Strong non-accidental anatomical deformation.
- Disabling anomaly - not acquired.
- All obvious redhibitory vices.
- Ribs curving in at the base of the chest which thus takes on the look of a "violin box".
- Upper or lower prognathism.
- Harsh or semi-long coat.
- Coat not conforming to the standard.
- Absence of any white marking at the extremity of one or more limbs.
- Light eye : i.e. bird of prey eyes.
- Timid character, panicky or aggressive with attack.
About the Azawakh
The Azawakh is a sight hound dog breed from Africa.
Rangy, leggy, lean, rugged, and elegant, the Azawakh is extremely high-stationed, taller than it is long. Its back length should be 90 percent of its leg length to withers (shoulder blades). It has a deep chest, which should not go below the elbows, and a high tuck/waist.
The breed natively weighs from 33 to 55 pounds (15-25 kg); its height is 24 to 29 inches (60-74 cm). As a pet and without a strict (protein and reduced calorie) diet, an Azawakh that would weigh 50 pounds in the Sahel, can easily become a 70+ pound couch potato. The coat is very short and almost absent on the belly. Its bone structure shows clearly through the skin and musculature. Its muscles lie quite flat, unlike the Greyhound, and in this respect it is closer to the Saluki.
Colours permitted by the FCI breed standard are clear sand to dark fawn/brown, red and brindle (with or without a dark mask), with white bib, tail tip, and white on all feet (which can be tips of toes to high stockings). Currently, white stockings that go above the elbow joint are considered disqualifying features in France, as is a white collar or half collar. Many other colours occur in Africa such as black, blue fawn (that is, with a lilac cast), grizzle, and blue. The Azawakh in its native land also comes in particolour. Blue brindle is also found in about 0.5% of the population; this is a normal recessive gene which again does not meet current FCI standards. The Azawakh’s light, supple, elastic gait is a notable breed characteristic, as is a 'bouncy gallop'.
Uncommon for a large breed, Azawakhs have no known predisposed genetic diseases (such as hip dysplasia).
Azawakhs need to be well socialised from an early age and should be challenged with new situations.
They are a combination of a sprinter (though not anywhere as fast as a Greyhound) and an long distance runner (like a Saluki). Therefore they need a good to high level of exercise and should have regular runs off lead in large enclosed areas to run off steam.
Background
Bred by the Tuareg, Fula and various other nomads of the Sahara and sub-Saharan Sahel in the countries of Mali, Niger, and Burkina Faso, the breed is used there as a guard dog and to hunt gazelle and hare at speeds up to 40 miles per hour. The Tuareg historically have been very stern toward them and think of them as only slightly more important than dirt, which has accentuated the breed's ruggedness and independence. Unlike some other Afro-Asian sighthounds it is more of a pack hunter and they bump down the quarry with hindquarters when it has been tired out. In role of a guard dog, if an Azawakh senses danger it will bark to alert the other members of the pack, and they will gather together as a pack under the lead of the alpha dog, then chase off or attack the predator. The Sloughi, by comparison, is more of an independent lone hunter and has a high hunting instinct.
They are relatively uncommon in Europe and North America but there is a growing band of devotees. There are estimated to be less than 200 Azawakhs in North America. It is very feline in temperament and therefore not a good pet for mainstream owners. It will not fetch. However, well socialised and trained, they can be good with other dogs, cats, children, and strangers. The breed is not yet registered by CKC or AKC (but is recorded in AKC’s Foundation Stock Service); it is registered with UKC, ARBA and others.
Personality
It manages to balance a close bond with its owner with a strong, almost feline independence. They are attentive yet aloof. With those they accept, Azawakhs are gentle and affectionate. With strangers they are reserved and prefer not to be touched, but are not aggressive. Although raised to protect livestock, they have do not have native aggression toward canine nor human unless they perceive them as a threat.
Azawakhs have the unique ability to recognize other Azawakhs on sight, and bond naturally with members of their own breed.
Things to Note
As a pet, if a stranger visits and tries to pet your Azawakh, it will back away so as not to be touched. If you kennel your Azawakh while you go on vacation, when you go to retrieve him, it will not be all waggy-tailed and excited to see you -- it will treat you with indifference. In a single dog household, you won't see much "guarding" behavior and they rarely bark. For being a short-hair breed, they are unusually unaffected by temperature changes. They co-exist well with other breed dogs in the household, as long as there is only one Azawakh in the pack -- if there is more than one Azawakh, they will bond more to each other and will have a "we" verses "them" relationship between the Azawakhs and the other dogs.
Since the general public visually recognizes all sighthounds as "greyhounds" the most notable differences between the breed are: the Greyhound's shape is like a rectangle, whereas the Azawakh is like a 'standing rectangle' -- taller legs, yet less long. The Greyhound is much more domesticated, the Azawakh is much more feral (every so often you will see that glint of the wild in his eye). The Greyhound is much more like what you would expect a typical dog to be -- happy to see you when you come home; the Azawakh is very independent, like a cat. The Greyhound is a sprinter -- extremely fast over short distances, the Azawakh is much more akin to an endurance runner. Greyhounds are very muscular, Azawakhs are sere. The gait of an Awazakh is like that of a show horse.
Een unieke, kortharige windhond die tot 1970 binnen Europa niet bekend was. De Azawakh is een Sloughi-achtige hond die door de Toearegs op de vlakten van Nigeria en Mali verfijnd is tot een uitstekende gazellenjager. Pas met de prooi in zicht werd de hond uit het zadel getild. Met sprinten kan hij een snelheid van 64 km/u halen.
Algemeen voorkomen
Een uiterst sierlijke verschijning die hoog op de benen staat, met tamelijk kleine voeten. Het skelet en de bespiering zijn goed zichtbaar onder de droge, fijne huid.
Schofthoogte
reuen 64 – 74 cm; teven 60 – 70 cm
Gewicht
reuen 20 – 25 kg; teven 15 – 20 kg
Vacht
De vacht is kort en fijn. Kleuren: fauve van licht zandkleurig tot donker met witte aftekeningen aan de benen, borst en staartpunt; al dan niet met een zwart masker.
Gebruik
Zichtjager op groot en klein wild.
Gezondheid
Er zijn geen rasspecifieke gezondheidsproblemen bekend.
Aard
Temperamentvol, levendig, attent, waaks, trots en zelfverzekerd. Gericht op zijn eigen mensen, maar met een sterk gevoel voor hiërarchie: hij heeft een krachtige leiding in een fluwelen handschoen nodig. Aanhankelijk, bekoorlijk en zachtaardig voor wie hij accepteert; voor vreemden terughoudend, soms moeilijk te benaderen. Intelligent, zeer gevoelig, fijnbesnaard; wordt wel eens vergeleken met de Arabische Volbloed onder de paarden.
Bijzonderheden
Af en toe verzorgen met een zachte borstel.
bron RvB
Over de Azawakh
Algemeen
Met zijn verschijning in de zeventiger jaren op de tentoonstellingen heeft de Azawakh de windhondenwereld met een tot dan toe niet bekende variant van de oosterse windhonden verrijkt. Het is een oud en tot voor enkele tientallen jaren terug in het land van herkomst op topniveau gefokt ras, dat door importen in Frankrijk en iets later in het toenmalige Joegoslavie in Europa en dan vooral in Duitsland (er zijn in Duitsland ongeveer 200 exemplaren van dit ras) een nieuw tehuis gevonden heeft. In Nederland bevonden zich in 1990 slechts minder dan 10 Azawakhs.
Naamgeving
De toenmalige fokkers van de Sloughi en dan vooral de Franse, kwamen in het geweer tegen de nieuwe importen. Zij verkondigden dat dit geen Sloughi's waren en ze hadden vooral heftige kritiek op de witte aftekeningen, die volgens hen niet typisch waren. Een en ander resulteerde in een afsplitsing van de "nieuwe" honden tot een eigen, afzonderlijk ras op het Kynologisch Wereldcongres te Verona, Italie in 1980. Sedert dat ogenblik staat het ras bekend als Azawakh (soms Sloughi-Azawakh, voorheen ook Touareg Sloughi). Het andere ras, dat al sedert het begin van de twintigste eeuw in Europa bekend was, werd en wordt nog steeds Sloughi genoemd. De twee rassen worden voldoende verschillend geacht om voor verschillende kampioenschaps- en Beste-van-het-Ras-titels te strijden op tentoonstellingen.
Oorsprong
Het oorspronkelijke thuisland van de Azawakh zijn de eindeloze steppen en de halfwoestijn van de zuidelijke Sahara en de Sahel-zone. Geografisch omvat het verspreidingsgebeide de Sahel regio van de landen Mali, Niger en Tschaad. In het grensgebied van beide staten ligt het Azawakh-dal, een meer dan 1000 km lang en tot 40 km breed uitgedroogd rivierdal. Hieraan heeft het ras in Europa zijn naam te danken. In dit dal leven de traditionele bezitters, de reizende nomaden van Berber-afstamming, die in Europa bekend zijn onder de Arabische aanduiding "Touareg". De in blauwe gewaden gekleed gaande Touareg zijn het woestijnvolk bij uitstek en zij heersten over de centrale Sahara vanaf de middeleeuwen tot halverwege de vorige eeuw. De zuidelijke Touareg-stammen zijn bekend om hun hoogstaande fok van runderen, paarden en kamelen en vormden met hun diepgaand gevoel voor de natuur en het individu ook dit edele windhondenras, dan uitstekend op de bruikbaarheid in het ruwe, bijna mens-onvriendelijke klimaat afgestemd is. De culturele en geografische isolatie van de Touareg heeft de schoonheid en de oorspronkelijkheid van het ras voor ons bewaard. De droogte van de laatste tientallen jaren in de Sahel-zone, het onophoudelijke opdringen van de woestijn en de grote politieke, culturele en economische ontwikkelingen in de nog jonge Sahel-landen hebben tot een zeer ernstige bedreiging van het hondenbestand geleid. In zekere zin zijn op het laatste ogenblik zeer edele en typische exemplaren van dit oude windhondenras naar Europa gebracht en kon men met nakomelingen hiervan het voortbestaan van dit schitterende ras verzekeren.
Uiterlijk
De Azawakh is een elegante, slanke, middelgrote, kortharige windhond met een lang, droog fijngevormd hoofd met matige stop, zachtmoedige, amandelvormige ogen en een hangend oor. Het trots gedragen hoofd, de lange slanke hals, de fjingebouwde ledematen en de diepe borst bij de opgetrokken smalle korte lendenen benadrukken voor alles elegantie en rastypische verschijning. De huid is dun en zacht, de vacht is dicht, kort en zacht. De vachtkleur varieert van licht zandkleur via alle schakeringen van roodzandkleurig tot donker bruin (ook de gestroomde variant komt voor: kijk naar onder andere Elkez, HV). Karakteristiek zijn de witte aftekeningen vooral aan de voeten (witte sokken, HV), maar ook op de borst, het hoofd en de staart. Deze vereiste aftekeningen kunnen in grootte sterk varieren. Het gangwerk is dansend.
Karakter
De Azawakh is een trotse, zelfverzekerde, zelfstandige hond, die eenzelfde karakter toont als de mensen van het volk waar hij, lang voordat de honden naar Europa kwamen, mee samenleefde. De trots en zelfstandigheid kunnen makkelijk begrepen worden als men bedenkt, dat de Touareg nooit meer dan een of twee dieren gelijktijdig hadden, welke als jagers, maar ook als waakhond een functie vervulden. Ook aan het temperament van de Azawakh moeten aantal woorden gewijd worden. Als er ooit een ras is geweest, dat niet voor een ieder geschikt is, is het de Azawakh. Het zjin fijnbesnaarde, zeer gevoelige, intelligente dieren, vergelijkbaar met een Arabisch volbloedpaard. Een Azawakh heeft een bijzonder nauwe band met zijn eigenaar, zonder enige vorm van onderdanigheid. Ze zijn ongeloofljik snel in hun reactie en vergeten niet gauw iets. Een Azawakh heeft een sterk ontwikkeld gevoel voor hierarchische verhoudingen, maar kan snel en heftig uitvallen. De grens tussen spelen en vechten is soms bijzonder smal, vooral als de hierarchie nog niet beslist is; wat begint als een onschuldig spelletje kan om een geringe reden plots omslaan in een serieus gevecht. Voor hun eigenaar en de familie is een Azawakh erg lief en bekoorlijk. Ook aanhankelijkheid en een grote mate van "eager to please" is een Azawakh niet vreemd. Het is echter van zeer groot belang, dat de eigenaar duidelijk laat zien wie de baas is. Consequentie en liefde zijn hierbij de sleutels; een ijzeren vuist in een fluwelen handschoen is noodzakelijk. Strenge behandeling en africhting zijn uit den boze en hebben veelal een averechts effect. De Azawakh erkent de mens als zijn superieur, mits deze zich superieur maar niet tiranniek opstelt. Vrienden en kennissen worden geaccepteerd zodra ze bekend zijn, voor die tijd wordt de kat duidelijk uit de boom gekeken. De hond moet als een volwaardige huisgenoot behandeld worden en is absoluut ongeschikt als kennelhond.
Beweging
Ondanks zijn fijngebouwdheid is de Azawakh zeer robuust en absoluut niet kleinzerig. Hij bezit een enorm uithoudingsvermogen en een zeer soepel gangwerk. Met zijn temperament moet de Azawakh zijn energie regelmatig kwijt kunnen. Eenmaal per dag moet een Azawakh zich, liefst in alle vrijheid, kunnen uitleven. Naast de gewone wandelingen moet hij zich los van iedere lijn of band kunnen bewegen, rennen en spelen.
Wie bereid is het eigenzinnige karakter van de Azawakh te accepteren en hem aan zijn eigen leven te laten deelnemen, die heeft in hem een liefdevolle en trouwe vriend gevonden.
bron NVOW
Azawakh Standard 1994:
UTILIZATION
Sight hunting. The nomads considered the dog equally as a "show piece" and as a companion. BRIEF HISTORICAL SUMMARY
It is an African sighthound of afro-asian type which appeared in Europe towards 1970 and comes from the Nigerian middle basin, among others from the valley of the Azawakh. For hundreds of years he has been the companion of the nomads of the South-Sahara. GENERAL APPEARANCE
Particularly leggy and elegant, the Azawakh sighthound gives a general impression of great fineness. His bone structure and musculature is transparent beneath fine and lean tissues (skin). This sighthound presents itself as a rangy dog whose body fits into a rectangle with its longer sides in vertical position. IMPORTANT PROPORTIONS
- Length of body/height at the withers = 9 : 10. This ratio may be slightly superior in the bitches.
- Height of chest/height at the withers = about 4 : 10.
- Length of muzzle/length of head = 1 : 2.
- Width of skull/length of head = 4 : 10. BEHAVIOUR AND TEMPERAMENT
Quick,attentive, distant, reserved with strangers and may even be savage, but he can be gentle and affectionate with those he is willing to accept. HEAD
Long, fine, lean and chiselled, rather narrow, without excess. CRANIAL REGION
- The skull is almost flat, rather elongated. The width of the skull must definitely be inferior to half the length of the head. The directions of the axes of the skull and the muzzle are often slightly divergent towards the front. The superciliary arches and the frontal furrow are slightly marked. On the other hand, the occipital crest is clearly protruding and the occipital protuberance marked.
- Stop : Very slightly marked. FACIAL REGION -Nose: Nostrils well opened. The nose is either black or brown.
-Muzzle: Long, straight, fine towards the front without exaggeration.
-Jaws: Long and strong.
-Cheeks: Flat.
-Teeth: Scissor bite.
-Eyes: Almond shaped, quite large. Their colour is dark or amber. Eyelids pigmented.
-Ears: Set quite high. They are fine, always drooping and flat, quite wide at the base, close to the skull, never a "rose ear". Their shape is that of a triangle with a slightly rounded tip. Their base raises when the hound is attentive. NECK
Good reach of neck which is long, fine and muscular, slightly arched. The skin is fine and does not form a dewlap. BODY
-Topline : Nearly straight, horizontal or rising towards the hips.
-Withers : Quite prominent.
-Loin : Short, lean and often slightly arched.
-Hipbones : Distincly protrunding and always placed at an equal or superior height to the height of the withers.
-Croup : Oblique without accentuated slant.
-Forechest : Not very wide.
-Chest : Well developed in length, deep but without reaching elbow level. It is not very wide but must have enough space for the heart, so, the sternal region of the chest must not abruptly become narrow.
-Ribs : Long, visible, slightly and evenly curved down to the sternum.
-Underline : The sternal arch is accentuated and joined without abruptness to the belly which tucked up very high below the lumbar arch.
-Tail : Set low, long, thin, lean and tapered. Is covered with the same type of hair as that of the body and has a white brush at its extremity. Is carried hanging with the tip slightly raised, but when the dog is excited, it can be carried above the horizontal. QUARTERS
FOREQUARTERS Seen as a whole : Long, fine, almost entirely vertical; set perfectly well-set.
Shoulders : Long, lean and muscular and only slightly slanting seen in profile.
The scapulo-humeral angle is very open (about 130o).
Feet : Rounded shape, with fine and thighly closed toes; the pads are pigmented. HINDQUARTERS
Seen as a whole : Long and lean; legs perfectly vertical.
Thighs : Long with prominent and lean muscles. The coxo-femoral angle is very open (about 130o).
Stifle : The femoro-tibial angle is very open (about 145o).
Hock : Hockjoint and hock are straight and lean, without dewclaws.
Feet : Round shaped - Pads are pigmented. GAIT/MOVEMENT
Always very supple (lissom) and with particularly high action at the trot and the walk. The galop is bouncy. The Azawakh gives a great impression of lightness, even elasticity. The movement is an essential point of the breed. SKIN
Fine, tight over the whole of the body. HAIR
Short, fine, down to none on the belly. COLOUR
Fawn with flecking limited to the extremities. All shades are admitted from light sable to dark fawn. The head may or may not have a black mask and the blaze is very inconsistent. The coat has a white bib and a white brush at the tip of the tail.
Each of the four limbs must have compulsorily a white "stocking", at least in shape of a trace on the feet. font-family:Verdana'>The black brindling is admitted. HEIGHT AT THE WITHERS
Dogs : between 64 and 74 cm
Bitches : between 60 and 70 cm WEIGHT
Dogs : about 20 - 25 kg
Bitches : about 15 - 20 kg FAULTS
Any departure from the foregoing should be considered a fault and the seriousness of which shall be penalised in exact proportion to its degree.
- General appearance : heavy.
- Body too long.
- Skull too wide.
- Accentuated Stop.
- Hipbones placed distincly lower than the withers.
- Distinct depigmentation of the nose. ELIMINATING FAULTS
- Lack of type (in particular when showing a recent crossing with another breed).
- Size out by more than 3 cm from the standard measures.
- Strong non-accidental anatomical deformation.
- Disabling anomaly - not acquired.
- All obvious redhibitory vices.
- Ribs curving in at the base of the chest which thus takes on the look of a "violin box".
- Upper or lower prognathism.
- Harsh or semi-long coat.
- Coat not conforming to the standard.
- Absence of any white marking at the extremity of one or more limbs.
- Light eye : i.e. bird of prey eyes.
- Timid character, panicky or aggressive with attack.
N.B.: Males should have two apparently normal testicles fully descended into the scrotum.
About the Azawakh
The Azawakh is a sight hound dog breed from Africa.
Rangy, leggy, lean, rugged, and elegant, the Azawakh is extremely high-stationed, taller than it is long. Its back length should be 90 percent of its leg length to withers (shoulder blades). It has a deep chest, which should not go below the elbows, and a high tuck/waist.
The breed natively weighs from 33 to 55 pounds (15-25 kg); its height is 24 to 29 inches (60-74 cm). As a pet and without a strict (protein and reduced calorie) diet, an Azawakh that would weigh 50 pounds in the Sahel, can easily become a 70+ pound couch potato. The coat is very short and almost absent on the belly. Its bone structure shows clearly through the skin and musculature. Its muscles lie quite flat, unlike the Greyhound, and in this respect it is closer to the Saluki.
Colours permitted by the FCI breed standard are clear sand to dark fawn/brown, red and brindle (with or without a dark mask), with white bib, tail tip, and white on all feet (which can be tips of toes to high stockings). Currently, white stockings that go above the elbow joint are considered disqualifying features in France, as is a white collar or half collar. Many other colours occur in Africa such as black, blue fawn (that is, with a lilac cast), grizzle, and blue. The Azawakh in its native land also comes in particolour. Blue brindle is also found in about 0.5% of the population; this is a normal recessive gene which again does not meet current FCI standards. The Azawakh’s light, supple, elastic gait is a notable breed characteristic, as is a 'bouncy gallop'.
Uncommon for a large breed, Azawakhs have no known predisposed genetic diseases (such as hip dysplasia).
Azawakhs need to be well socialised from an early age and should be challenged with new situations.
They are a combination of a sprinter (though not anywhere as fast as a Greyhound) and an long distance runner (like a Saluki). Therefore they need a good to high level of exercise and should have regular runs off lead in large enclosed areas to run off steam.
Background
Bred by the Tuareg, Fula and various other nomads of the Sahara and sub-Saharan Sahel in the countries of Mali, Niger, and Burkina Faso, the breed is used there as a guard dog and to hunt gazelle and hare at speeds up to 40 miles per hour. The Tuareg historically have been very stern toward them and think of them as only slightly more important than dirt, which has accentuated the breed's ruggedness and independence. Unlike some other Afro-Asian sighthounds it is more of a pack hunter and they bump down the quarry with hindquarters when it has been tired out. In role of a guard dog, if an Azawakh senses danger it will bark to alert the other members of the pack, and they will gather together as a pack under the lead of the alpha dog, then chase off or attack the predator. The Sloughi, by comparison, is more of an independent lone hunter and has a high hunting instinct.
They are relatively uncommon in Europe and North America but there is a growing band of devotees. There are estimated to be less than 200 Azawakhs in North America. It is very feline in temperament and therefore not a good pet for mainstream owners. It will not fetch. However, well socialised and trained, they can be good with other dogs, cats, children, and strangers. The breed is not yet registered by CKC or AKC (but is recorded in AKC’s Foundation Stock Service); it is registered with UKC, ARBA and others.
Personality
It manages to balance a close bond with its owner with a strong, almost feline independence. They are attentive yet aloof. With those they accept, Azawakhs are gentle and affectionate. With strangers they are reserved and prefer not to be touched, but are not aggressive. Although raised to protect livestock, they have do not have native aggression toward canine nor human unless they perceive them as a threat.
Azawakhs have the unique ability to recognize other Azawakhs on sight, and bond naturally with members of their own breed.
Things to Note
As a pet, if a stranger visits and tries to pet your Azawakh, it will back away so as not to be touched. If you kennel your Azawakh while you go on vacation, when you go to retrieve him, it will not be all waggy-tailed and excited to see you -- it will treat you with indifference. In a single dog household, you won't see much "guarding" behavior and they rarely bark. For being a short-hair breed, they are unusually unaffected by temperature changes. They co-exist well with other breed dogs in the household, as long as there is only one Azawakh in the pack -- if there is more than one Azawakh, they will bond more to each other and will have a "we" verses "them" relationship between the Azawakhs and the other dogs.
Since the general public visually recognizes all sighthounds as "greyhounds" the most notable differences between the breed are: the Greyhound's shape is like a rectangle, whereas the Azawakh is like a 'standing rectangle' -- taller legs, yet less long. The Greyhound is much more domesticated, the Azawakh is much more feral (every so often you will see that glint of the wild in his eye). The Greyhound is much more like what you would expect a typical dog to be -- happy to see you when you come home; the Azawakh is very independent, like a cat. The Greyhound is a sprinter -- extremely fast over short distances, the Azawakh is much more akin to an endurance runner. Greyhounds are very muscular, Azawakhs are sere. The gait of an Awazakh is like that of a show horse.